- 4 eieren
- 250 g suiker
- 250 g zelfrijzende bloem
- 250 g boter
- 115 g amadelpoeder
- 1 eetlepel (bruine) Rum
- 2 sappige appelen
Meng de eierdooiers en de suiker. Opkloppen tot een mooi geheel. Voeg er de bloem en opgeklopt eiwit bij. Gladkloppen. Tot zover het quatre quart deeg.
Voor deze versie van appelcake heb ik gekozen om één appel te versnijden tot blokjes om bij het deeg te voegen; de andere appel versneed ik tot appelschijfjes. Dus, die appelblokjes mogen er nu al bij, samen met de Rum en het amandelpoeder. Stevig doorroeren tot een mooi geheel.
Neem een cakevorm, boter hem in en doe er een beetje bloem in over de hele bakvorm. Schep de helft van het deeg in de bakvorm en leg er dan appelschijfjes op van de tweede appel. De andere helft van het beslag voeg je nu verder toe aan de cakevorm. Bovenop kan je dat nog versieren met nog wat laatste appelstukjes/-schijfjes.
Bakken in een voorverwarmde oven: 60-80 minuten op 180 graden.
Na het bakken kan je de cake bestrijken met -pakweg- abrikozenconfituur of ander "glazuur".
Smakelijk!